H. Honsbeek
02 Inrichting of organisatie van de arbeidsplaats werkplek
 >  Wand- en vloeropeningen
Introductie

Op bijna elk project kom je in aanraking met wand- en vloeropeningen en sparingen. Daarnaast is ook op bestaande locaties soms sprake van valgevaar door niet betreedbare (brandwerende) vloeren, schachten, onvolledige roostervloeren, lichtkoepels, trapgaten, kruipruimte openingen, openliggende computervloer, e.d. 

Aangezien deze openingen (val)gevaar opleveren voor de werknemers van Unica moet hier aandacht aan worden besteed. 

Risico's > Wat kan er gebeuren?

Bij wand- en vloeropeningen is het grootste risico het valgevaar van zowel materiaal als personen. Tijdens de ontwerp- en uitvoeringsfase moet er worden gedacht aan de werknemers die de bouw van het project gaan realiseren, of aan servicetechnici die werkzaamheden op die locaties moeten uitvoeren. 

Alle werkzaamheden die in de buurt van een wand- of vloeropening worden uitgevoerd moeten worden geïnventariseerd en er dient nagedacht te worden over de te treffen maatregelen.

Hierbij moet o.a. worden gekeken naar: 

  • Plaatsen waar er mogelijk (val)gevaar aanwezig is, of kan ontstaan. 
  • Het controleren op omstandigheden die mogelijk het risico kunnen verhogen.
  • Het opzetten van een plan om een zo veilig mogelijke werksituatie te creëren. 

Voorbeelden:
hiernaast een niet beloopbare deel van een vloer, met daar boven installatiedelen en ook de bedieningsschakelaars.

Denk ook aan bijvoorbeeld zolderverdiepingen waar slechts met enkele planken een looppad is gecreëerd.

Tijdens de bouw is een grote kans op aanwezigheid van sparingen aanwezig.


    Reden hiervoor is dat er bij wand- en vloeropeningen een aantal risico’s aanwezig zijn, namelijk: 

    • Het gevaar om van hoogte te vallen door een gevel- of wandopening. 
    • Het gevaar om (van hoogte) te vallen in of door een vloeropening. 
    • Het gevaar om getroffen te worden door een voorwerp die door een opening naar beneden valt. 
    • Het gevaar om getroffen te worden door een omvallend element bij het plaatsen ervan.

    Sparingen zijn (al of niet tijdelijke) gaten in een bestaande constructie, voorbeelden hiervan zijn: leidinggaten- of leidingdoorvoeringen, trapgaten, lichtkoepels en kruipruimteopeningen. 

    Ongeacht de valhoogte moet een sparing altijd worden dicht gelegd of worden voorzien van een afscherming. Een sparing in een vloer wordt beschouwd als een bijzonder risico.

    Ook openingen in wanden kunnen een risico vormen.

    Maatregelen > Wat moet je doen?

    Bij de risico’s zoals genoemd in deze toolboxmeeting wordt er op het gebied van preventie gekeken na de volgende punten, in volgorde: 

    • Voorkomen of beperken van valgevaar, bij de bron. 
    • Bestrijding van valgevaar door collectieve bescherming. 
    • Het voorschrijven van passende persoonlijke beschermingsmiddelen aan de werknemer.

    Voorkomen of beperken van valgevaar bij de bron 
    Zoals hierboven vermeld moet er eerst altijd worden gekeken of het risico bij de bron kan worden voorkomen of beperkt. Dit houdt in dat men probeert zoveel mogelijk werkzaamheden uit de buurt van een wand- of vloeropening gaat uitvoeren. Want als men immers niet in de buurt hiervan komt, kunnen er ook geen ongevallen plaatsvinden. 

    Bestrijden van valgevaar door collectieve bescherming 
    Hierbij moet worden gedacht aan: 
    • Het markeren en afzetten van een opening 
    • Het aanbrengen van een veilige steiger, stelling, bordes of werkvloer 
    • Het aanbrengen van doelmatige hekwerken, leuningen of andere gelijksoortige voorzieningen 
    • Het gebruik maken van een vangnet of dakrandbeveiliging 
    • Het dichtleggen van een kleine sparing met deugdelijk materiaal (houtendelen of een metalen rooster/traliewerk). De houtdelen of roosters dienen spijker of schroefvast bevestigd te worden aan de vloer. 
    • Bij het tijdelijk verwijderen van collectieve beschermingsmiddelen moet er een alternatieve beveiligingsmaatregel gebruikt worden!  

    Het voorschrijven van passende persoonlijke beschermingsmiddelen aan de werknemer
    Bij individuele bescherming moet worden gedacht aan: 

    • Gebruik van een valbeveiligingslijn en harnas, zo mogelijk door gebiedsbegrenzing 
    • Gebruik van een werkhelm. (dit heeft niet zo zeer verband met het valgevaar van personen, maar wel met het valgevaar van materialen en of gereedschap)
    Discussie > Bespreek het met je collega’s!

    Ga met elkaar in gesprek over het volgende:

    1. Ben je altijd opmerkzaam op valgevaar door vloer- of wandopeningen?
    2. Tref je direct adequate maatregelen en meld je deze gevaarlijke situaties ook?
    3. Worden je meldingen dan ook adequaat opgevolgd of blijft de situatie zoals deze is?
    Tips > Voor meer informatie
    • Voer altijd voorafgaand aan je werkzaamheden de LMRA uit en wees opmerkzaam op valgevaar
    • Stel bij afwijkend materiaal in de vloer je de vraag of deze wel draagkrachtig is
    • Wees altijd opmerkzaam op valgevaar, óók bij gering hoogteverschil kun je al zwaar letsel oplopen
    • Wijs je collega’s altijd op gevaarlijke sparingen en andere openingen 
    • Dek alleen sparingen en gaten af met materiaal dat ook echt voldoende draagkrachtig is (denk aan gewicht van mensen en materialen) Voorzie de afdekking bij voorkeur met een groot zichtbaar kruis voor een (nog) duidelijkere markering.
    • Na uitvoeren van werkzaamheden aan de vloeropening dient de randbeveiliging of de afdekking direct weer te worden hersteld
    • Controleer hoek- en zijkanten van dakrandbeveiliging of deze geheel sluitend is.
    • Kijk voor het uitvoeren van de werkzaamheden of er nog bijzondere risico’s zijn (extreem weer, valgevaar boven water, spijlen of stekeinden e.d.)
    • Bij elke onveilige situatie: neem direct contact op met uw leidinggevende en meld deze. Meld de situatie ook bij de uitvoerder of klant. Ook voor anderen levert dit mogelijk een risico op.

    Scan de volgende code met de app om deze toolbox te bekijken.